dinsdag 27 maart 2012

Alweer tevreden

We zijn opnieuw niet in de prijzen gevallen tijdens de jaarlijkse Bondsfotowedstrijd en dus zijn we tevreden bij onze Foto Expressie Groep Gemert. Wat is er immers saaier dan jezelf niet meer kunnen verbeteren. En we hoeven ons nergens voor te schamen, want we zijn helemaal niet slecht bezig.
We behaalden evenveel punten als vorig. Dat is opzichzelf geen verbetering. Maar de jury was dit jaar iets zuiniger met zijn punten en dus bereikten we dit jaar een gedeelde twaalfde plaats bij een deelname van 180 fotoclubs. Vorig jaar deelden we de 27ste plaats en daarmee waren toen de beste club van Rayon Oost-Brabant. Dit jaar moeten we FC Optika uit Deurne op een zevende plaats voor laten gaan. Proficiat daar in Deurne en in het bijzonder daar in Bakel. Want Bakelnaar Henri van de Griendt, lid van Optika, won met twee keer 23 punten twee bronzen stickers.
Bij onze FEGG was de hoogste score twee keer 22 punten; twee keer een puntje te weinig voor een sticker dus. Wat mij tevreden stemt is dat de club over de hele linie goed scoorde. Er zaten geen negatieve uitschieters met relatief weinig punten bij, zoals je bij veel andere clubs wel ziet. Dat is prettig voor de clubsfeer. Niemand hoeft met afgunst naar een ander te kijken en niemand hoeft bij ons naast zijn schoenen te gaan lopen.
Zelf scoor ik al enkele jaren twintigers, zonder ooit in de prijzen te vallen. Ik ben geen wedstrijdfotograaf, want zoals ik al vaker verkondigde vind ik het wedstrijdelement in de fotografie niet belangrijk. Als winnen je hoogste doel is, zul je vaak teleurgesteld worden. Je kunt namelijk niet anticiperen op de waardering van de jury.
De goede scores van de afgelopen jaren vertellen me wel, dat we bij FEGG al jarenlang – weliswaar zonder uitschieters, maar wel erg constant – goede foto's maken. De foto die ik hier toon maakte ik in mei vorig jaar tijdens kunstfestival Artimond in Helmond. De foto kwam een punt tekort voor een bronzen sticker. Met een knipoog naar Deurne: ik ben niet iemand die daar om Grien(d)t.

Kon beter.

zaterdag 24 maart 2012

Zittend kermisvieren

De kermis is weer in de stad. Het is stralend weer en dus trekken er veel mensen naar de voorjaarskermis van Helmond. Het is er druk, maar op veel plaatsen is voldoende ruimte om elkaar zonder dringen te passeren of om voldoende schootsruimte te nemen voor een foto. Zelfs scootmobiels kunnen deze zaterdagmiddag zonder veel hindernissen tamelijk dicht bij de attracties komen. Dat geldt dan vooral voor de Noord-Koninginnewal, want op de Markt zorgen terrasjes nog wel eens voor nauwe doorgangen.
Nadat ik op één van die terrasjes had geluncht, liep ik nog een ronde over het kermisterrein. Mijn derde oog was dit keer weer mijn kleine, handzame Canon PowerShot G10. Ik was er niet speciaal op uit getrokken om foto's te maken, dus de kleinbeeldcamera's had ik niet bij de hand.
Tussen al dat kermisvermaak viel het me op dat een kermis weliswaar een smeltkroes is van lawaai en actie, maar tegelijkertijd hoofdzakelijk een zitfeest. Hoe duizelingwekkend je ook omhoog wordt geschoten, wordt rondgeslingerd, over de kop gaat of op elkaar botst, je doet het allemaal zittend.
Ik maakte wat foto's van uit zetels bungelde benen hoog in de lucht, van uit zetels wuivende mensen die elke paar tellen voor je langs suisden en van op bankjes zittende mensen die naar dat vertier keken.
Opeens zag ik een man met een scootmobiel die zich een weg baande tussen het lopend volk op de kermis. Hier en daar stopte hij even om te kijken. Op dat moment besefte ik dat zittend kermisvieren niet voor iedereen zelfgekozen amusement is. Soms moet je al tevreden zijn als je er alleen maar bij kunt zijn. 
Daarrrrr gaat-ie weerrrrr, damesss en hé-é-éren. De autoscootermobiel! 

Autoscootermobiel.

donderdag 15 maart 2012

Lentedag

Het was een prachtige lentedag vandaag. Mensen liepen zonder jas aan op straat en de terrasjes waren op deze donderdag-werkdag tijdens de lunchpauze goed bezet. Veel meer mensen dan in de afgelopen maanden gebruikelijk was, maakten een lunchwandeling.
Ook ik maakte een ommetje en pakte er zelfs een paar lussen bij die ik normaal links of rechts laat liggen. Voor je-weet-maar-nooit had ik mijn compactcamera in mijn zak gestoken. Want die wint het nog altijd van mijn iPhone, als ik een opmerkelijke situatie aantref. De iPhone maakt prima foto's, maar je kunt er geen belichting mee regelen. Dat kan ik op mijn Canon Powershot G10 wel en op een dag als deze met harde schaduwen kan dat wel eens nuttig zijn.
Ergens in de luwte van het stadscentrum zag ik een man op de brandtrap van een gebouw zitten. Voor hem geen terrasje, geen bankje in een park. Maar getuige het boek waarin hij las, had hij zich wel degelijk geïnstalleerd om hier van de zon te genieten. Toch had hij nog geen afscheid genomen van de winter. Hij droeg een warme jas en had zelfs de capuchon over zijn hoofd getrokken.
Kijk, voor dit soort vreemde waarnemingen heb ik mijn G10 op zak. Iemand met een zelf verkozen trap onder zijn achterste, dat wil ik vastleggen.

Trap onder zijn achterste.

zondag 11 maart 2012

Coppens' water

De Martien Coppens Prijs bestaat sinds 1996 en wordt om de twee jaar uitgereikt. Amateurfotografen worden dit jaar uitgenodigd een documentaire serie van vijf foto's aan te leveren over het thema water. Hoewel ik het werk van streekgenoot Martien Coppens (1908-1986) in hoge mate bewonder, heb ik me nog nooit uitgedaagd gevoeld om aan de wedstrijd deel te nemen.
Ook dit jaar was ik er niet mee bezig. Toen we vanmiddag een lentewandeling maakten rond ons dorp, had ik alleen mijn Canon Powershot G10 in mijn zak. Maar het landschap nodigde me uit om er foto's van te maken. Ik richtte het vizier op de plassen, poelen en sloten waar we langs liepen. En pas toen besefte ik dat ik 'water' fotografeerde; iets wat binnen het thema van de Martien Coppens Prijs paste.
Wat ik deed lag erg voor de hand. Ik zou er geen punten mee scoren in een wedstrijd. De organisatie helpt potentiële deelnemers op weg met een aantal suggesties die wel in de prijzen kunnen vallen. Ik citeer: "Vertel jouw verhaal over water. Bijvoorbeeld met een fotoreeks over de binnenvaart, over het ‘natte’ leven van een loodgieter, de dagelijkse familiestrijd om het gebruik van de badkamer, het waterpeil in natuurgebieden, de gevolgen van zure regen, of..."
Dat gaat het dus ook niet worden. Al fotograferende bedacht ik mijn verhaal. De waterschappen hebben de afgelopen jaren erg hun best gedaan om de rechte ruilverkavelingssloten weer te laten meanderen. De kronkelende beekjes zijn mooi voor het landschap en goed voor natuur en waterbeheer. Na een paar foto's bedacht ik dat die beekjes tegenwoordig een sieraad zijn voor het Brabantse landschap. 'Water als sieraad', zal ik maar zeggen.
Ook dat gaat het niet worden. Het mooie van niet in opdracht te werken is dat je helemaal niks hoeft te leveren. Ik heb tot half mei domweg niet voldoende tijd om een mooie serie te maken. Want dat is meer dan een uurtje rondrijden en maar raak knippen. Het is een kwestie van het goede licht afwachten en de mooie plekken vinden die in de serie passen, om maar wat te noemen. Ik toon hier één foto. Van een serie die nooit begon. Een sieraad in het landschap, dat wel.

Eén is geen serie.