zaterdag 24 oktober 2009

Grenzen

'Grenzen tussen landen, grenzen tussen armoede en welvaart - en de mensen die daar bekneld raken. Dat fotografeert Piet den Blanken', lezen we op de website van deze fotojournalist bij een toelichting op zijn tentoonstelling Grensgevallen.
Vandaag was ik in Deurne, waar het Fotofestival Deurne van start ging. Het duurt tot 22 november en ik ga er zeker nog terug om alle foto's te zien, want een middagje na de officiële opening om twee uur was lang niet voldoende om de twaalf plaatsen te bezoeken waar de foto's te zien zijn.
Na het openingsprogramma in het gemeentehuis (waar fotowerk hangt van de plaatselijke fotoclub Optika), ging ik naar de fotoexposities in de schuin tegenover gelegen Willibrorduskerk.
Een bijzondere expositieruimte, werd me snel duidelijk. Er hangen foto's van Justin Jin rond het thema 'No man is Illegal', waarmee de fotograaf je een kijkje gunt in de vluchtelingenproblematiek van Europa. En er zijn foto's te zien uit het project 'Grensgevallen' van fotojournalist Piet den Blanken. We weten uit de media dat er veel ellende is in de wereld, maar Den Blanken toont dat nog eens op indringende wijze door er met zijn camera bovenop te kruipen.
Terwijl ik tussen de expositiepanelen van de ene foto naar de andere laveerde, viel me een andere tentoonstelling op in deze Willibrorduskerk. Haaks op de foto's van Den Blanken hingen aan de muren van de kerk de schilderijen van de kruisweg van Jezus. Een soort van permanente expositie. Leed en ellende zijn van alle tijden, besefte ik. Een fotografische aanklacht van Den Blanken kan dat niet veranderen. Zelfs niet als deze Brabantse fotograaf tweeduizend jaar geleden met zijn camera op de Calvarieberg had gestaan. Want er blijven grenzen, niet alleen tussen armoede en welvaart, maar ook aan de invloed van een fotograaf.


Leed nu en leed toen.

vrijdag 16 oktober 2009

Stier

Dit is de honderdste foto sinds ik op 25 februari 2007 met mijn scherpstellen.blogspot.com begon. Maar hij is me net zo lief als de negenennegentigste en de honderdeneerste die ik nog maken moet. Ik maak nooit veel werk van jubilea. Andere mooie ronde getallen op mijn weg of markante data geven me zelden of nooit aanleiding tot een feestje. Mijn verjaardagen laat ik als het even kan stilletjes voorbijgaan. Ik ben jarig in mei, mocht U dat interesseren, en mijn sterrenbeeld is dan ook dat van de stier. Nou heb ik een mooi bruggetje naar mijn honderdste foto.
Want hoewel mijn sterrenbeeld stier is, heb ik het niet op die machtige mannetjesrunderen. Vooral niet als er koeien en kalveren in de buurt zijn. Dan willen ze er namelijk nog wel eens van uit gaan dat de aanval de beste verdediging is. En of ze dan in mij als sterrenbeeldige stier een bondgenoot zien, betwijfel ik.
Ons vakantiehuisje in de Ardennen staat in een fraaie rurale omgeving waarin royaal ruimte is voor de agrarische sector. Voor en achter ons huisje liggen weilanden waar een boer uit de buurt regelmatig zijn koeien laat grazen.
Deze week tijdens onze herfstvakantie zaten we buiten achter ons huis van een lekker najaarszonnetje te genieten, toen we opeens op straat tumult hoorden. Rennende mensen, geschreeuw, luid koeiengeloei. "Het lijkt wel of ze in onze voortuin lopen", zei mijn vrouw. Maar dat deden ze niet. Toen ik ging kijken stond ik oog in oog met een stevige stier op de weg voor onze poort. Stier keek naar stier. Ik ben niet bang, maar wel voorzichtig. Wat grote stier niet wist en kleine stier wel, was dat de poort niet goed op slot zat en dat die bullebak met zijn flinke massa in een boze bui dwars door dat smeedijzer heen zou denderen. Bij het onvermijdelijke stierengevecht zou kleine stier het dan afleggen. Ik heb een foto gemaakt en ben schielijk naar binnen gevlucht. Ik ben pas weer gaan kijken toen de cowboys uit het dorp met hilarische taferelen hun kudde bijeen probeerden te drijven. Ik hield er een prachtige fotoreportage aan over. En grote stier loopt nu kalm in de wei achter ons huis.


Grote stier kijkt naar kleine stier.

donderdag 8 oktober 2009

Heilig Bloed

Ontelbare keren ben ik al langs het klooster van de missiezusters van het Heilig Bloed in Aarle-Rixtel gereden. Vroeger wel eens in de auto, tot de weg gesloten verklaard werd voor doorgaand autoverkeer, maar veel vaker en nog wel eens op de fiets. Het is een groot klooster midden in de velden, slechts geflankeerd door een negentiende eeuwse boerderij die tegenwoordig dienst doet als restaurant annex hotelletje.
Vandaag was ik er voor het eerst binnen. Met collega’s kregen we er een rondleiding. Zuster Sarto voorzag ons van informatie. Het klooster is gebouwd in 1903. Er wonen nog 57 zusters. Dat soort dingen. Maar ik had mijn fotocamera mee naar binnen genomen en dus lette ik weer eens niet goed op al die wetenswaardigheden. Ik heb veel gezien maar weinig gehoord.
Zo keek ik sneaky door een openstaande deur naar buiten, terwijl de collega’s in het museum van het klooster allerlei interessante missiedingetjes te zien kregen. En ik zag een zuster. Eén van de 57. Heel bijzonder, want behalve zuster Sarto en zuster Ursula die de rondleiding gaven, hebben we geen andere bewoonster gezien. Ze moesten ergens zijn; de gemiddelde leeftijd in dit klooster is 85, dus het lag niet voor de hand om aan te nemen dat ze allemaal op reis waren. Ook de zusters hebben recht op privacy en daarom zijn we niet in het woongedeelte geweest, vermoed ik. Maar ik zag er dus eentje. En ik zag meer: ze leven heel werelds met links hun was op de draad te drogen en ook heel devoot met rechts het beeld van een heilige of een adorabele missiezuster op de binnenplaats. Misschien heeft zuster Sarto wel verteld wie dit is, maar ik lette niet op want ik maakte deze foto. En, o ja, dat kruis in de deur bij de zuster is geen kruis van Christus maar de weerspiegeling van raamkozijnen.


Links werelds en rechts devoot.

dinsdag 6 oktober 2009

Beet

Het is lang geleden dat ik nog eens gevist heb en eerlijk gezegd was het voor die laatste keer ook al heel lang geleden. Die laatste keer kan ik me nog goed herinneren. Mijn vrouw en ik waren met een visser in een motorbootje een Noorse fjord opgevaren. Wij mochten ook een hengel uitwerpen en mijn vrouw had zowaar beet. Twee tegelijk haalde ze er boven water, met de staarten omhoog en de koppen naar beneden. Het was geen kwestie van bijten maar van letterlijk aan de haak slaan.
Ik jaag liever met een camera op mijn prooi. Soms moet je dan net zoveel geduld hebben als een visser. Loeren, wachten, loeren, wachten. Maar opeens is er dan die reflex. Een fotograaf ziet weliswaar geen dobber ondergaan, maar hij herkent het moment waarop alles op zijn plaats valt; het moment dat interessant genoeg is om het voor de eeuwigheid vast te leggen.
Deze visser maakte het me vanmiddag niet al te lastig. Terwijl zijn hengel roerloos in het water lag te wachten tot de vissen wilden bijten, lurkte hij met grote regelmaat aan een blikje cola. Om de paar tellen nam hij een flinke teug en dat deed hij zo vaak, dat het blikje allang leeg had moeten zijn. Of dronk hij niet echt en was dit een nieuwe manier van vissen lokken: ikke drinken, jij bijten?
In elk geval was er voor mij voldoende gelegenheid om de drinkende visser te fotograferen, terwijl hij wachtte op het moment dat hij beet had. Dat beslissende moment heb ik trouwens niet gezien. Toen het begon te regenen ben ik maar doorgelopen. Ik had al beet.


Drinken of bijten?