vrijdag 26 juni 2009

Winnie

Ze hebben een kat die Winnie heet. Toen die een jonkie kreeg noemden ze dat poesje Winnie Two. Kijk, dat soort humor, daar hou ik wel van.
Vanavond waren we bij hen op bezoek. We zaten op deze zwoele zomeravond op de veranda met aan onze voeten de tuin, waarin Winnie zo graag op muizen jaagt. Het begon al te schemeren en Winnie was net nog hier maar nu ergens anders. Niemand die er acht op sloeg.
Opeens zat de lucht vol vogels die met hun helse gepiep duidelijk maakten dat er iets niet pluis was. Boven onze hoofden op het afdak van de veranda klonk een bons en gestommel. Het gepiep zwelde aan. Man des huizes strekte zijn nek en zijn tenen en zag in de begroeiing dat er op het afdakje een vogelnestje op de pannen lag. Zoon des huizes spoedde zich naar boven en zag vanuit zijn slaapkamerraam dat Winnie op het pannendak heerlijk lag te smullen. Het liet zich raden wat zijn prooi was. Het was zo gepiept. Even later vertoonde ze zich aan de dakrand met rode lippen die beslist niet met een stift waren aangezet.
Zielig voor het vogeltje? Welnee, in Huize Winnie Two zijn ze de nuchterheid zelve. Het is de natuur, zeggen ze. Winnie deed wat haar instinct haar ingaf en de vogeltjes kunnen zich na hun heftige gepiep opmaken voor een stille tocht, die bij deze gevederde diertjes wel een stille vlucht zal heten.


Zo gepiept.

woensdag 17 juni 2009

Geen sportfotografie

Foto’s gaan maken van de klassieker Luik-Bastenaken-Luik en er niet bij zijn als in mijn eigen woonplaats een profronde van start gaat, dat kan natuurlijk niet. En dus was het ook niet zo. Ik combineerde vanavond weer mijn liefhebberijen wielrennen en fotograferen bij de proloog van de Ster Elektrotoer in ons dorp.
Het ligt erg voor de hand om dan sportfoto’s te gaan maken, maar dat wilde ik niet. Ik zocht mijn onderwerpen meer in het genre van de straatfotografie, omdat in dat soort foto’s vaak mooie verhalen schuil gaan.
Ik ben niet zo ver gegaan als de Belgische fotograaf Stephan Vanfleteren, die in Vlaamse wielerrondes de mooiste foto’s maakt als hij met zijn rug naar de renners staat. In zijn boek met de titel Fladrien staan prachtige zwart-wit foto’s, waarin uitstekend de sfeer en de entourage van het Belgische wielrennen zijn gevangen. Er staan nauwelijks renners in dat boek.
Uit de serie foto’s die ik vanavond schoot, pik ik er eentje die niet alleen de dynamiek van het wielrennen toont, maar vooral ook een verhaal vertelt. Tom Stamsnijder is de Raborenner die langs zoeft. Het monotone geluid van het dichte tijdritachterwiel kan ik in de foto niet weergeven. Wat je wel kunt zien, is dat hij door een van de oudere straten van Gemert rijdt. Dat kun je zien aan het kèske links op de foto. Kèskes zijn wegkapelletjes zoals je die alleen aan de oude uitvalswegen van Gemert vindt. Wat me aan deze foto ook bevalt zijn de mannen in rennerstenue voor de rijwielzaak. De heren hebben prima materiaal, maar ze kunnen slechts dromen van de capaciteiten van Stamsnijder. Dat weten ze zelf ook. Geen sportfoto dus, maar een verhalende foto van de straat.


Het verhaal achter de renner.

zondag 14 juni 2009

Alleen op de wereld

Het is toch een eigenaardig stadje, dat Durbuy in de Belgische Ardennen. De lokale toeristenindustrie benadrukt graag dat dit ‘het kleinste stadje ter wereld is’. In de stadskern wonen slechts vierhonderd mensen, maar er lopen dagelijks duizenden toeristen door de paar smalle straatjes met veel winkeltjes en restaurantjes.
Ondanks die drukte kun je hier heel erg alleen zijn, dacht ik toen ik deze mevrouw met een sigaretje in de deuropening van haar kledingwinkeltje zag staan. Overal was het druk in de winkeltjes en zij had geen klandizie. Hoe alleen kun je je dan voelen in het ‘kleinste stadje ter wereld’.
Ik kreeg zowaar medelijden met haar. Het was het gevoel dat me als kind bekroop bij het lezen van het boek ‘Alleen op de wereld’ van Hector Malot. Die kleine Remi, als vondeling bij pleegmoeder Barberin terecht gekomen, op achtigjarige leeftijd door stiefvader verkocht aan straatmuzikant Vitalis en daarna al die zwerftochten met evenzovele zielige avonturen. ‘Sans famille’, schoot me in dit Franstalige stadje de oorspronkelijke titel van ‘Alleen op de wereld’ te binnen.
Opeens bedacht ik weer dat we hier met de fotoclub op stap waren en dat we hadden afgesproken dat we in dit pittoreske stadje vooral mensen zouden fotograferen. Ik drukte snel af voor ze me in de gaten kreeg en net te laat naar binnen glipte. Niks medelijden met een mevrouw die alleen op de wereld is maar niet heus. Alleen op de foto, dat wel.


Alleen op de foto.

maandag 1 juni 2009

Vergane glorie

De afgelopen dagen heeft onze Foto Expressie Groep Gemert weer meegedaan aan de Open Atelier Route in Gemert. We hadden een mooie expositie van 24 foto’s rond het thema ‘Bijzonder Alledaags’. We trokken een kleine 250 bezoekers die veel waardering hadden voor het getoonde werk. We mogen best tevreden zijn met dit resultaat. Ik zou nu de twee foto’s kunnen tonen, waarmee ik aan de tentoonstelling heb meegedaan. Maar één daarvan publiceerde ik hier al eerder. Dat is de foto die onder de titel ‘Bril’ op 19 oktober 2008 op dit blog staat.
Ik kies voor vandaag een andere foto in het kader van de Open Atelier Route. Die maakte ik vanmiddag, toen ik een rondje fietste langs de opengestelde ateliers. Van de zeventien adressen waarlangs de bezoekers tijdens de route geleid werden, was Ateliers Nazareth een niet te missen locatie. Daar exposeerden gerenomeerde kunstenaars als Hennie Barten, Anni van Bokhoven, Annette Bouw, Johan Claassen, en… kom, ik ga ze niet alle twaalf noemen.
Op het pleintje achter Nazareth maakte ik deze foto van vergane glorie. Pardon, ik bedoel niet de dames. Of breng ik U nu onbedoeld toch nog op die gedachte? Sorry dames, ik zou niet durven om met jullie te spotten. Deze vrouwen zitten gezellig naar Cubaanse muziek te luisteren van een orkestje dat niet op de foto staat, zoals nog vele luisteraars die ook niet op deze foto staan.
De vergane glorie waar ik op doel is de omgeving. Dit was vroeger de speelplaats, schoolplein zo U wilt, van de roomskatholieke meisjesschool Nazareth. De nonnen van het gelijknamige klooster gaven les aan deze lagere school. Op de achtergrond is nog een stukje kloostertuin te zien, waarin momenteel tijdelijk de noodgebouwen staan van Zorgcentrum Ruijschenbergh. Daarvan is nog verder op de achtergrond de nieuwbouw al zichtbaar. Deze doorgaans verscholen plek achter Ateliers Nazareth zag er ooit beter uit. Wat ik noem: vergane glorie.


Dit zag er al eens ooit beter uit.