vrijdag 20 maart 2009

Cultuurkluts

Op onze laatste dag in Praag hebben we vanmorgen wat door het centrum gezworven. We liepen door straten en steegjes waar we nog niet eerder waren, maar ik maakte geen foto’s die ik echt de moeite waard vond. Slechts hier en daar een doorkijkje in een poortgebouw en dan nog wat architectuur zoals elke toerist wel fotografeert.
Na de middag begon het te sneeuwen en was het onaangenaam guur buiten. Tijd voor een bezoek aan het Nationaal Museum, waar we al verschillende keren uit de metro waren gestapt maar nog niet binnen gingen. Ik kocht er naast de entreekaartjes een sticker die ik op mijn jas moest plakken als teken dat ik betaald had om te mogen fotograferen. Voor die twee euro wilde ik geen gedonder met suppoosten.
In het stijlvolle museum viel genoeg te fotograferen, merkte ik in de loop van de middag. Ik aasde vooral op mensenfoto’s. Ouders die met hun kinderen een mammoet in elkaar puzzelden, een dame die aandachtig naar een film over de arbeid op het Tsjechische land zat te kijken, mensen die in mooi binnenvallend licht op de rode traploper in de entreehal liepen en hier en daar door een raam nog een stadsgezicht.
Het zijn weer jongelui die me vandaag de leukste foto bezorgden. Bij die keuze let ik niet op artistieke waarde, sfeervol licht of een verrassend beeld. Het is vooral de setting die me tot tevredenheid stemt. Engelse jongelui wier ouders, afgaande op hun uiterlijk, kennelijk uit het ooit gekolonialiseerde India stammen, streken neer in de houten schoolbanken van een Tsjechisch namaakklasje uit de jaren twintig. Toen ik vroeg of ik hen mocht fotograferen, gingen ze er nog maar eens goed voor zitten.
Een foto vertelt nooit het hele verhaal, daarom ter toelichting: dit is een cultuurkluts van Tsjechisch-Brits-India’s-Hollands-Japanse makelij (want een Praags museum met Engelse jongeren die koloniale voorouders hadden, gefotografeerd door een Nederlander met een Canoncamera).


Tsjechisch Brits India's Hollands Japans.

donderdag 19 maart 2009

Geknield

Het sneeuwde in Praag, toen we vanmorgen opstonden. Ik wilde vandaag naar de oude Joodse begraafplaats en het leek me onder de gegeven weersomstandigheden wel bijzonder om die schots en scheve graven te fotograferen, bedekt met een laagje sneeuw. Maar toen we op het kerkhof aankwamen lag daar geen wit tapijt. Wel lagen de grafzerken er extra somber bij, omdat ze nat waren en er een zacht strijklicht op lag. Ik maakte er foto’s waarover ik best tevreden ben.
Helaas heb ik mezelf de beperking opgelegd om op dit blog maar één foto per dag te plaatsen. Gelukkig maakte ik vandaag veel mooie foto’s en daarom valt mijn keuze niet op een gravenfoto.
We zijn na de middag nog even teruggegaan naar de Sint-Vituskathedraal op het grootste burchtcomplex ter wereld. Gisteren maakte ik al foto’s rondom dit indrukwekkende kerkgebouw, maar toen we tegen vier uur naar binnen wilden bleek het al sluitingstijd.
In de kerk dromden de toeristen vandaag weer langs al die fraaie en soms overdreven rijke kerkschatten. Ik maakte een leuke foto van een vrouw die met opgeheven armen een compactcamera ter hoogte van haar hoofd hield, precies onder een heiligenbeeld dat met opgeheven armen ter hoogte van het hoofd de zegen gaf. Een leuke harmonie van twee gestalten. En toch toon ik hier nog een andere foto.
Vlak voor ik de kathedraal verliet maakte ik deze foto van een vrouw die geknield achter in de kerk zat. Het lijkt heel devoot, maar soms laten foto’s niet zien wat je denkt te zien. Deze vrouw zit niet te bidden, maar ook zij is in de weer met een fotocamera. Zoals bijna iedereen in dit Godshuis. Het is Godgeklaagd.


Niet devoot maar de foto.

woensdag 18 maart 2009

Plagiaat

De zon scheen vanmorgen op één van de mooiste plekjes van Praag en het licht was daardoor keihard. Jammer, want ik had daarom veel last van slagschaduwen in het Gouden Straatje en op de burcht van de stad.
Later temperde het zonlicht, maar toen stak een ijskoude wind op. Dat was ook niet bevorderlijk voor mijn concentratie. Met vingers stijf van de kou liet ik nog wel eens een mooi fotomoment voorbij gaan. Als mensenfotograaf werd ik vanmiddag noodgedwongen een mutsenfotograaf.
Pas op de vroege avond, terug op het oude stadsplein, maakte ik mooie sfeerfoto’s van de Tynkerk die lag te baden in het kunstlicht. Mooie foto’s, dat wel, maar toch te veel folder- of Praagboekenfoto’s.
Ondanks het slechte licht maakte ik vanmorgen in het Gouden Straatje Zlata ulicka een foto die meer in mijn straatje past. Een vader wilde zijn dochtertje fotograferen in het decor van het Gouden Straatje, maar pa had pech. Het kind had meer aandacht voor mij. Gelukkig. Natuurlijk maakte ik net als al die andere toeristen foto’s van het huis waar Franz Kafka ooit zijn meesterwerken schreef, maar die foto van dat schattige kindje heb ik alleen. Nou ja, bijna alleen. Want vader leerde snel en ging even later net als ik op de grond zitten. Zo maakte hij alsnog iets wat ergens wel zal lijken op mijn foto. Noem het maar plagiaat.


I am not her daddy.

dinsdag 17 maart 2009

Astronomische klok

We zijn een weekje in Praag en ik wil hier geen foto’s maken zoals je die aantreft in reisgidsen of in fotoboeken van deze stad. Ik wil in mijn foto’s mijn eigen beleving van deze stad uitdrukken. Dus geen kale gebouwen die elke toerist hier fotografeert. Als ik al iets van de architectuur of van de imposante monumenten wil vastleggen, dan doe ik dat volgens mijn een eigen interpretatie.
Neem nou de veelgefotografeerde astronomische klok aan het raadhuis. Ik liet de klok voor wat die was en fotografeerde vanmorgen hoe een bruidje temidden van talloze toeristen dat indrukwekkende uurwerk aan het fotograferen was. Ik vond het fenomeen van een bruidje dat fotografeert in plaats van gefotografeerd wordt wel leuk. Maar de plaatjes die ik er in het gedrang van schoot zien er wat rommelig uit.
Opeens schoot me te binnen wat de bekende oorlogsfotograaf wijlen Robert Capa ooit zei: “Als je foto’s niet goed genoeg zijn, dan was je niet dicht genoeg bij.”
Vanmiddag kwamen we weer langs het raadhuis en nu zat er een groepje Italiaanse jongeren op de trottoirband voor de astronomische klok. Ik ging er op mijn hurken voor zitten, zette mijn camera op de grond met de lens schuin naar boven en drukte af.
Als ik van zo dichtbij contact heb met de mensen die ik fotografeer, laat ik altijd even het resultaat op de display van de camera zien. Ik versta geen Italiaans, maar uit hun uitbundige reacties maakte ik op dat ze het wel een ‘te gekke’ foto vonden. En of ze dat daar dan ‘troppo matto’ noemen of er een andere uitdrukking voor hebben, vind ik niet zo belangrijk. Het is in elk geval een spontane foto.


Met dank aan Robert Capa.

zondag 8 maart 2009

Straatfotografie

“Wat is eigenlijk je favoriete genre in de fotografie?” vroeg iemand me. Die vraag vind ik lastig te beantwoorden. Ik hou van vanalles en nog wat. Ooit hadden landschappen mijn uitgesproken voorkeur. Nog altijd mag ik graag landschapsfoto’s maken, maar als ik door mijn archief blader, dan zit daar zoveel variatie in dat ik mezelf geen landschapsfotograaf wil noemen.
Ik mag ook graag mensen fotograferen en soms dieren. Maar tegenwoordig gaat mijn voorkeur toch vooral uit naar straatfotografie. Het leven op straat zodanig fotograferen, dat het meer is dan een ordinair snapshot vind ik een enorme uitdaging. Ik bewonder de Franse fotograaf wijlen Henri Cartier-Bresson, omdat ik het niveau dat hij in dit genre haalde wel nooit zal bereiken.
Vandaag maakte ik een foto die naar de letter straatfotografie bij uitstek is. Toch heeft de foto met dit genre helemaal niks te maken. Ik liep langs het nieuwe zorgcentrum-in-aanbouw bij mij in de straat. In een plas water weerspiegelde de nieuwbouw en de rommel van het bouwterrein. Door dit beeld heen drongen de klinkers van de weg zich op. Straatfotografie! dacht ik.


Wel klinkers maar geen straatfotografie.

maandag 2 maart 2009

Boscotondo

De Italiaanse architect Adolfo Natalini heeft er heel erg zijn best op gedaan. Het resultaat heet Boscotondo. Het gebouwencomplex staat in Helmond en omvat ongeveer 150 appartementen, een deel van het gemeentemuseum, bioscoop Pathé, een parkeergarage en een bestuursgebouw, waarin de Helmondse raadszaal is gevestigd.
Het is een heel apart complex geworden, zoals Helmond er meer heeft. Denk aan ’t Speelhuis met zijn paalwoningen. Ik hoop wel dat het stadsbestuur wat zuiniger leert omspringen met zijn cultureel erfgoed, hoe jong het dan ook mag zijn. Want nadat oude, karakteristieke bedrijfspanden schaamteloos zijn gesloopt, wordt nu ’t Speelhuis aan het oog onttrokken door een nieuw bibliotheekgebouw.
Oké, die huisjes op hun punt waren niet doelmatig en dat theater was niet erg functioneel. Maar kunstenaars als Piet Blom en Har Sanders hebben er al hun ziel en zaligheid in gelegd. Zie zo’n gebouw dan maar als een te koesteren kunstwerk, meer dan als een comfortabele doorsneewoning en een voor een groot publiek gebouwde toneelzaal. Dat geldt naar mijn idee ook voor Boscotondo als het straks allemaal weer goedkoper en functioneler moet.
Ik wandelde vanmiddag langs het Helmondse kanaal en was blij dat ik mijn camera bij de hand had. Door de mooie lucht en het mooie licht weerspiegelden de gebouwen met een kleine rimpeling surrealistisch in het kanaalwater. Ik haalde de G10 uit mijn zak en begon te fotograferen. Dank je wel, Adolfo Natalini, jouw Boscotondo was de kroon op mijn fotoreeks van weerkaatste gebouwen in het water.


Dank je wel Natalini.

zondag 1 maart 2009

Quartier Latin

Wie is ze? Wat doet ze? Op de eerste vraag kan ik antwoorden dat ze een serveerster is in hotel-restaurant Quartier Latin in het stadje Marche-en-Famenne in Wallonië. Op de tweede vraag is het antwoord dat ze doet wat een serveerster behoort te doen: ze serveert.
Hoewel we regelmatig in dit restaurant komen om er te lunchen en een enkele keer ook voor een dinertje, weet ik verder niks van haar. Ik weet niet eens hoe ze heet.
De foto kwam min of meer toevallig tot stand. Ik zat met mijn Canon PowerShot G10 te spelen, toen ze onze bestelling op tafel kwam zetten. Ik had de camera met de lens schuin omhoog in mijn hand en drukte spontaan af, zonder te kijken.
Het diafragma stond op f/2.8, de ISO-waarde op 80. Zo heb ik deze camera standaard ingesteld voor straatfotografie. In de groothoekstand is de scherptediepte al gauw goed genoeg, bij deze ISO-waarde heb je nauwelijks ruis en de sluitertijd is meestal voldoende kort voor weinig bewegingsonscherpte.
Binnenshuis zit je met die standaardinstellingen al snel aan je grenzen. Maar soms zijn de resultaten verrassend leuk. Zoals bij deze foto. Het beeldvlak is maar voor een kwart gevuld en er zit een geringe bewegingsonscherpte in het beeld. Daardoor is het een nonchalante foto geworden die niet eens duidelijk maakt wat er gebeurt. Maar daardoor is het wel een spannend plaatje. Wie is ze? Wat doet ze?

Wie is ze? Wat doet ze?